>> Dit artikel verscheen in CircusMagazine #22 (maart 2010). Voor overname: contacteer maarten[at]circuscentrum.be.
Het is een bekend fenomeen in Vlaanderen: rondreizende circussen worden meer en meer naar de rand van de stad verbannen. Terecht of onterecht? We lezen het hieronder.
Lieven Decaluwé is schepen van cultuur, toerisme en feesten van de Stad Gent en verdedigt het belang van rondreizende circussen: “Ze verdienen het zichtbaar te zijn in het stadsbeeld en goede plekken te krijgen.”
Gent is een stad met een zeer levendig en bruisend cultuurleven. Dit speelt zich niet alleen af binnen de muren van de talrijke cultuurhuizen die onze stad rijk is, maar evenzeer daarbuiten. Denken we maar aan de Gentse Feesten en andere openluchtactiviteiten. Als schepen van Cultuur vind ik het uitermate belangrijk dat cultuur zich kan ontplooien in diverse gedaantes en dat zoveel mogelijk stadsbewoners en bezoekers aan onze stad met cultuur in aanraking kunnen komen en daaraan kunnen participeren. Een belangrijke rol is daar weggelegd voor het circus. Circussen zijn dan ook welkom in onze stad. Ze verdienen het zichtbaar te zijn in het stadsbeeld en goede plekken te krijgen, maar uiteraard spelen veiligheidsoverwegingen, alsook andere praktische en logistieke beperkingen mee in de beslissing waar de tenten kunnen opgezet worden. In Gent is er een lange traditie dat het Sint-Pietersplein de plek is waar rondreizende circussen voorstellingen geven. Grote internationale circussen worden hier nog steeds bij voorkeur geplaatst. Daarnaast is de Watersportbaan een tweede plaats. De Jachtdreef is weliswaar minder centraal gelegen, maar is nog steeds op wandelafstand van het centrum. Ook andere evenementen, zoals het grote vuurwerk tijdens de Gentse Feesten, vinden hier plaats. Kleinere circussen die een tournee door de stad wensen te maken, krijgen de mogelijkheid om halt te houden op de gemeentepleinen. Zo zal Circus Bavaria tussen 15 maart en 19 april spelen in Sint-Kruis-Winkel, Mariakerke, Sint-Amandsberg, Ledebergplein en Oostakkerdorp. Tijdens de Gentse Feesten kan de circustent zelfs middenin de stad worden aangetroffen. In het Baudelopark vindt het Jeugdcircusfestival plaats en de Sint-Baafssite is de uitvalsbasis van het straattheaterfestival MiramirO. Vorige zomer had Circus Ronaldo hier zijn tenten opgezet. Door de organisatoren was de site bijzonder sfeervol en zorgzaam ingericht. En hier ligt natuurlijk een belangrijke sleutel: het respectvol omgaan met de plek,het vermijden van visuele vervuiling, het streven naar kwaliteit en het maken van goede afspraken. Dit komt zowel het stadsbeeld als de toekomst van het rondreizend circus ten goede.
Vlaams volksvertegenwoordiger Bart Caron (Groen!) speelt advocaat van de duivel voor de steden en gemeenten die de circussen uit het centrum bannen. “Voor een oude olifant, een stuntelige clown of een dompteur met één arm komen we niet meer buiten.”
“Meestal ben ik tegen een circustent in ‘t stad. Of het nu Leuven, Kortrijk of Schaffen is. Niet dat ik iets tegen circussen heb, wel integendeel, maar zonder zorgen laten ze ons toch niet achter. Het begint al met de vraag waar je ze moet opstellen. Op een parking, tot ergernis van de automobilisten of pendelaars die hun gouden kalf niet kwijt raken? In een park, met een verwoest grasperk tot gevolg? Op een heraangelegd plein, maar wat met piketten en camions? Spaar ons daarvan. Op een schraal verlaten terrein? Wel, in een propere levendige hedendaagse stad zijn er geen dergelijke plekken.
En eens ze weg zijn, mag je een vuilniswagen charteren, op kosten van? Ook de aankondigingsborden blijven wel eens hangen, net als de illegaal geplakte affiches, die langzaam verschralen en je aldus wekenlang laten dromen van een roemrijk circusverleden. Taksen vergeten te betalen?
We worden helaas geteisterd door rondtrekkende circussen, ook uit het buitenland afkomstig, die niet meer zijn dan een flauw afkooksel van het circus waar onze grootouders voor opveerden. De kwaliteit van vandaag wil ik noch mijn in cultuur gedrenkte kinderen, noch de wat wereldvreemde Berberkinderen van de buren aandoen. Circus is vandaag een verzamelnaam voor zeer ongelijke kwaliteit.
En dat steden daar niet kunnen of durven over oordelen is begrijpelijk. Maar enige selectie zou geen kwaad kunnen, zacht uitgedrukt. Enig chauvinisme ten faveure van onze Vlaamse / Belgische circussen mag, al zou enige innovatie ook hen niet misstaan. Het rondreizende circus sterft langzaam. Jammer, maar de concurrentie op de vrijetijdsmarkt is ongenadig. Voor een oude olifant, een stuntelige clown of een dompteur met één arm komen we niet meer buiten.
Misschien moet het circus weer een plek in de stad ‘veroveren’? Voor schone cirq kwamen de mensen buiten, of liever komen ze ook vandaag nog buiten. Kwaliteit drijft boven! En dan gaan ook lastige stadsbesturen overstag. Ze stellen de schoonste plekken ter beschikking, en desnoods nog de heftruck om de grote mast van de tent op te trekken. En dan ben ik ook weer pro! Voor circus met respect voor het park, zonder gaten in de verharding van het plein, zonder achtergelaten verschraalde affiches, vergeelde tentzeilen en versleten acts.”