>> Dit artikel verscheen in CircusMagazine #21 (december 2009). Voor overname: contacteer maarten[at]circuscentrum.be.
>> Auteur: Koen Allary
“Circus is de moeder van alle kunsten.” Dat zei een oudere Braziliaanse circusartiest me toen ik hem vroeg of circus volgens hem eerder verwant is met dans of met theater. Hij is tweeënzeventig en zo gepassioneerd door circus dat hij nog dagelijks oefent en wil doorgaan tot hij negentig is met zijn ontroerend duo ‘porter acrobatique’. Ik werd er stil van.
Hij heeft gelijk. Circus is pure passie van zowel de artiesten als het publiek. Circus vraagt aan een artiest een ongelooflijk engagement en dit is maar mogelijk door deze passie.
“We hebben allemaal een lichaam gemeen, en we gaan het allemaal verliezen,” zegt Anne Teresa De Keersmaeker. Juist, ja. Maar het gevaar is steeds sluimerend aanwezig dat een circusartiest te snel zijn lichaam verliest door zijn extreme engagement. Bewust omgaan met jouw lichaam is een basisvereiste om lang te kunnen genieten in de piste, zo bewijst de tweeënzeventigjarige artiest.
En circus is de moeder van alle kunsten. Een circusvoorstelling kan niet zomaar in een hokje geduwd worden, als toeschouwer krijg je een uniek totaalpakket van circustechnieken, dans, theater, muziek, … Dat maakt het lastig om er een subsidiekader voor te creëren, al bewijst het recente Circusdecreet dat regelgeving stimulerend werkt. Er werden voor de eerste ronde 2010 zo’n twintig creatiedossiers ingediend.
Het sterkt de Vlaamse circussector dat onze nieuwe Minister van Cultuur Joke Schauvliege in haar beleidsverklaring expliciet haar steun voor circus uitspreekt. De bal ligt in ons kamp en met ‘ons’ bedoel ik de hele Vlaamse circuswereld. Wij moeten samen de circuskunsten in al hun diversiteit ontwikkelen en op de culturele kaart zetten.
Dat is niet zo evident, want circus roept nog steeds argwaan op binnen sommige culturele milieus. Bij een aantal cultuurcentra sluipt circus schoorvoetend in hun aanbod. Circus in tent wordt door de gemeentebesturen verbannen naar de rand van de stad en een piket slaan in een parking wordt als heiligschennis beschouwd. Terwijl een nomadisch circus een plein in de stad doet leven. Er wordt zoveel gepraat en geschreven over drempelverlagende culturele initiatieven; welnu, circus is een kant en klare opportuniteit voor steden. Circus moet als een culturele ondergrondse verzetsbeweging schotten wegnemen en beetje bij beetje in zicht komen.
Theater op de markt is achter de rug. Voor mij was het enthousiasme en nog meer de kwaliteit van de productiegroepen terug een openbaring. In Neerpelt was duidelijk dat circus een veelbelovende toekomst heeft.