>> Dit artikel verscheen in CircusMagazine #31 (juni 2012). Voor overname: contacteer maarten[at]circuscentrum.be.
>> Auteur: Tuur Devens
“Circus is de metafoor voor liefde. Ik denk dat de zoektocht van een circusartiest onbewust een zoektocht is naar liefde.” Deze uitspraak van Danny Ronaldo lees ik in het fotoboek van Benny Degrove De illusie voorbij over Circus Ronaldo. ‘Amortale’, het nieuwe spektakel van Circus Ronaldo, zal over liefde gaan. En wordt, zo blijkt uit het gesprek dat ik had met Danny, gemaakt uit liefde voor het publiek, uit liefde voor de magie van het ambacht, uit liefde voor het echte oude traditionele circus zelf. De toeschouwer mag zich laten verleiden.
Een dikke tien jaar geleden speelde de hele familie Ronaldo in de voorstelling ‘Fili’. Alles draaide rond een grote poppenkast uit de jaren ‘20 die ze nog op zolder hadden gevonden. Stangpoppen, draaiende achterwandschilderingen, alles was er nog, alleen de spuwende draak werkte niet meer. Het werd een poesjevoorstelling (poppenspel, red.) in een circustent. Hilarisch en grotesk zijn de liefdesverklaringen tussen prins en prinses, de ontvoering van de prinses, de achtervolgingen, de gevechten. Steeds moet het spel onderbroken worden omdat er veel misgaat. Rond de poppenkast hangt de melancholische sfeer, zo eigen aan Ronaldo. De parades rond de speelpiste zijn surrealistisch getint, de relaties tussen de directeur en zijn artiesten is van een knecht-meesterverhouding uit de commedia dell’arte. Hun spel is dat ook, zonder maskers, maar met de sprekende grimassen. Zij spelen het marionettenspel van het leven. Er zijn er die aan de draad, de fili, hangen, er zijn er die de fili bewegen.
Circustheater en figurentheater gingen hier hilarisch samen, en die draad wil Ronaldo nu weer opnemen, met nog oudere en grotere decorstukken. Op hun veertigste verjaardag vorig jaar in september speelde Ronaldo ook stukjes uit ‘Fili’. De reacties waren overweldigend. Ook dat was een reden om de draad terug op te pakken. ‘Amortale’ wordt echter geen herwerking van ‘Fili’. Nu spelen alleen David en Danny, zonder de ouders en de kinderen, maar wel met de andere krakken van vroeger, zoals Karel Creemers, Rachel Ponsonby, Thomas Van Hees, Jo Emmers, Kimi Hartmann, Andreas Ketels en Leo Brant als zangcoach. Deze keer geen renaissancekostuums à la commedia dell’arte, nu verwijzen de kostuums naar de jaren ‘20. De speelstijl blijft natuurlijk wel de commedia dell’arte, zo ook de melancholie, de nostalgie, de poëzie, de humor. En dat alles over de Liefde! Danny: “Het verhaal van de poppenkast zal een dramatisch liefdesspel worden.”
Vertel!
Danny Ronaldo: “Maar eigenlijk is het twee keer niks. En is het lachen van het begin tot het einde. Het is gebaseerd op de ‘Entführung aus dem Serai’ van Mozart. Hoofdpersonages zijn de twee geliefden Belmonte en Constanca. En zoals gebruikelijk in de poesje is er ook de slechterik: Osmino, met de grote zwarte snor, zal Constanca ontvoeren naar zijn kasteel. Belmonte is dus zijn lief kwijt! Een heel groot drama. Maar dan komt de grote held, en die wordt natuurlijk gespeeld door de circusdirecteur, want hij is de bedenker en de regisseur van het hele stuk. Hij heeft de hoofdrol, hij is de ridder op het witte paard, en die zal Constanca terug aan haar lief bezorgen.”
En alles wat jullie daar rond maken, zal over liefde gaan.
“Liefdesvreugde, liefdesverdriet, liefdespijn, liefdesmislukkingen, zoals we die van de klassieke clown August kennen. Hij was zijn hele leven op zoek naar liefde, en als hij er dan bijna is, komt er weer iets tussen. En daar moet het publiek dan mee lachen. Puur melancholie dus.”
Waarom melancholisch?
“Het is geen oppervlakkig lachen. Het is lachen met jezelf. Omdat de tegenslag heel herkenbaar is. Zoals je ook zelf gehinderd wordt in je doel door het leven zelf, zoals ook het praktische van het leven de verwachte romantiek doorkruist. We brengen het verhaal van Adam en Eva. Adams aanvankelijke verveling, het geschenk Eva, de tegenpolen die ze vormen, hun – herkenbare! – problemen met elkaar en vooral de verleiding van de appel. Zo borduren we verder op de schuldenlast van hen die ooit in de verboden vrucht beten, en trekken we de lijnen van de verleiding naar nu.”
En hoe zal Ronaldo het publiek verleiden?
“Tja, hoe lokken we ze? In de middeleeuwen hadden de rondtrekkende artiesten het gemakkelijk. Die gingen van dorp tot dorp en die vertelden de nieuwtjes rond. De mensen kwamen omdat ze wilden weten wat er in de rest van de wereld gebeurde. Nu komen ze voor de hoop, denk ik, hoop ik. Ik heb dat zelf: als ik een mooie voorstelling heb gezien, dan kom ik buiten met de vreugde, dat ik heb mogen ervaren dat het leven de moeite waard is, ook al vergaat zogezegd de wereld op het einde van het jaar. Dan voel ik me goed. Ik denk dat de meeste mensen daarom een kaartje kopen om dat gevoel te kunnen hebben.”
Waarom is circus een heel goed medium om die positieve ervaring over te brengen?
“Goed circus laat de twee kanten van het leven zien. Er is de acrobaat die laat zien wat hij met zijn lichaam kan. De toeschouwer kijkt met bewondering en denkt: ‘Ik heb hetzelfde lichaam, maar ik kan dat niet. Maar wat een mooi lichaam.’ Aan de andere kant is er de clown, zo lelijk, met zijn lompe schoenen en kijk hoe alles mislukt bij hem. Maar hoe mooi! Kijk eens hoe mooi de lelijkheid is, hoe mooi de mislukking is. Door mislukken kan er iets heel moois tot stand komen. Ik zou bijna zeggen: als een jongleeract drie keer mislukt, heb je een fantastische voorstelling gezien!” (lacht)
Met de opmerking dat je dan veraf staat van het traditionele circus, komt de begripsverwarring over traditioneel circus naar boven. Voor mij heeft dat een andere betekenis dan voor Danny. Onder het traditionele circus versta ik het circus vanaf het midden van vorige eeuw, al dan niet met dieren, en met een reeks kunstjes, met glitter en glamour, met een constante glimlach, met acts om alleen maar te schitteren. Het circus dat we nu als traditioneel bestempelen. Danny grijpt echter terug naar het circus van rond 1900, van de bloeitijd. “Het draaide in dat oude circus toen niet alleen om de perfectie van een acrobatienummer, wat nu in het gewone circus ook wel zo is, maar in een voorstelling van toen kwam de hele maatschappij aan bod. Je had de directeur en artiesten met hun goed betaalde schoonheid en de knechten en de freaks met hun lelijkheid die niets opbracht. Ik denk dat de Chaplin-films een goed beeld geven van de realiteit van toen. Dat alles kwam tot leven in het circus. Je had er de dramatiek van het leven, de gelaagdheid van de samenleving, …”
Die je nu ook in veel zogenaamde nieuwe circussen vindt.
“Maar dat was toen, honderd, honderdtwintig jaar geleden ook! Kijk naar de dramatiek in de schilderijen die Picasso, Klee en vele anderen maakten over het circus, de clowns en de saltimbanco’s. Ik denk dat de regisseurs van de spektakels van toen er misschien niet zo doordacht mee omgingen en gewoon de realiteit lieten zien. Die was al dramatisch genoeg. Mensen van het oude circus waren ook meer acteur. Vroeger moest elke circusartiest een goede comédien zijn. Een circusartiest was een theaterartiest! Jonge artiesten leerden van hun oudere meesters. Hun hele leven lang speelden ze hun rol, verfijnden die elke avond, pasten de rol aan, lieten weer iets weg.”
Danny vertelt over een bekend clownsnummer uit het circus van een man die bezopen naar huis gaat, een sigaar wil opsteken, maar geen vuur heeft. Hij passeert een lantaarnpaal, klimt erin om daarboven vuur te kunnen halen. “Een klassiek nummer, maar elke clown, elke artiest wist dat als hij deze dronken man niet heel erg mooi en sterk zou spélen, het hele nummer in de mist verdween. De artiesten van het oude circus waren er misschien niet zo bewust mee bezig als de theatermaker van nu, maar ze wisten dat ze goed moesten spélen. Nu zie je vaak clowns in het traditionele circus van nu die eigenlijk niet weten waarmee ze bezig zijn, en dus ook niet spelen. En vaak zijn acrobaten van het traditionele circus van nu meer een sportman, louter prestatiegericht.”
Om maar te zeggen dat het zogenaamde nieuwe circus dichter aansluit bij het oude, authentieke circus dan het huidige traditionele circus. We zijn er uit! Maar Danny voegt er twee kanttekeningen aan toe: “Ik weet het, er zijn ook circusartiesten die niet hoeven te acteren. Iemand kan de présence, de uitstraling gewoon van zichzelf hebben. Spelen en zijn, het kan alle twee. En ook in het nieuwe circustheater zijn er tendensen om gewoon reeksen kunstjes te tonen, spektakels om het spektakel, zonder gelaagdheid.”
Terug naar ‘Amortale’. Poppenkast in poppenkast.
“In 2001 stonden we met ‘Fili’ in Brussel en na de voorstelling kwam een meisje dat zei dat ze nog verre familie van mij was. We hebben het uitgerekend en onze twee betovergrootvaders waren twee neven. Haar familie had in een loods nog grote decorstukken staan die nu weg moesten omdat de boel ging afgebroken worden. Of wij die wilden hebben. We ontdekten zo bij een achter-achterneef decorstukken en poppen uit 1912. We hebben de boel inderdaad gekocht met de bedoeling er iets mee te doen. Nu is het dan eindelijk zover. Er zijn lijststukken van 4 meter hoog en 6 meter breed. Daarmee bakenen we onze bühne af. In de dimensie van de tent lijkt dat nog groter.”
“En als je die grote decorstukken afrolt, dan zijn die zo mooi. Tegenwoordig kun je fantastische dingen uitprinten, maar die decors zijn met de hand geschilderd, er zitten wonderlijke transparante geschilderde stukken bos bij, waardoor je met belichting mooie effecten krijgt. En mensen verlangen naar iets echts, dat niet uit de computer rolt. Dat is de magie van het ambacht. Een vriend van mij is filmer bij Studio 100. Hij is al een paar keer komen kijken, en vraagt steeds opnieuw hoe wij de draak laten vuurspuwen? Allez, zeg ik, gij die niets anders doet dan Mega Mindy in vlammen laten wegvliegen en zo. Maar dat is allemaal computer, zegt hij, wat jullie doen is écht.”
De magie van het ambacht, van technieken zo oud als de straat, de magische eenvoud om een stukje boomstam tot leven te brengen, en dat alles op een paar meter afstand van je. De poëtische puurheid van het spel, de échte humor van een traan in een lach, de Liefde, de magie van de opgewekte catharsis. Wat de Oscarwinnaar ‘The Artist’ in de film teweegbrengt, dat alles belooft Circus Ronaldo zijn publiek met ‘Amortale’ in het circus.