Het blijft een heet hangijzer in circus- en andere middens: horen dieren nu thuis in het circus of niet? CircusMagazine negeerde de usual suspects à la Michel Vandenbosch en vroeg twee minder evidente opiniemakers om hun ongezouten mening.
Simon De Winter (19) is student Communicatiewetenschappen en webmaster van de grootste Belgische website rond klassiek circus, Circusdays.be. Na een bezoek aan het Wereldkerstcircus in Amsterdam raakte hij als kind gefascineerd door dieren en circus. Vandaag is hij nog steeds een grote fan van circus met dieren.
“Alle vormen van hedendaags circus zijn ontstaan uit een paardenspel. De ronde tent en piste herinneren ons daar nog steeds aan. Later kwamen daar nog andere dieren en sensaties bij. Traditie en geschiedenis zijn echter geen goede argumenten in een pleidooi voor het behoud van wilde dieren in het circus. Het debat zou moeten gaan over enerzijds wetenschap (welzijn van het dier) en anderzijds ethiek (eigenwaarde van het dier). Naar mijn mening misleiden tegenstanders van dieren in het circus de publieke opinie door de indruk te geven dat hun overtuiging steunt op wetenschappelijke bevindingen terwijl deze in eerste instantie door principes is ingegeven.
Het is moeilijk om tot een consensus te komen wanneer je het hebt over de ethiek rond dieren als performers. Het lijkt me verstandig om dit per nummer te bekijken. Wanneer een dressuur appelleert op de natuurlijke aanleg van een dier en zijn schoonheid en vaardigheden in de verf zet, laat dit een grote indruk na bij het publiek. Dit bedoel ik wanneer ik zeg dat wilde circusdieren echte ambassadeurs zijn voor hun soortgenoten in het wild. Een mooi dierennummer kan voor jong en oud een intense ervaring betekenen die terecht respect afdwingt voor het dier.
Het welzijn van het dier kan meer zwart-wit beoordeeld worden. Wanneer men vergelijkt met dieren in de dierentuin wordt vaak vergeten dat de stimuli die dressuur en de circusomgeving de dieren bieden enigszins compenseren voor het verschil aan bewegingsruimte. De circussen die recht in hun schoenen staan, pleiten bovendien voor regelgeving, en in Nederland doen sommige circussen op eigen initiatief aan zelfregulatie. Over het trainen van dieren zijn al veel leugens verspreid. De enige juiste manier om de talenten van dieren te ontwikkelen is proberen hun gedrag te begrijpen en ze door middel van voedsel en stem te stimuleren. De Engelse broers Alexander en Martin Lacey zijn op dit vlak baanbrekend met hun roofdieren.”
Magda De Meyer (55) diende in 2003 als volksvertegenwoordigster een wetsvoorstel in om het welzijn van dieren in circussen te vrijwaren. In 2005 kwam de wet er effectief. Momenteel is ze directrice van de cel Armoedebeleid op het Kabinet van de Staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding.
“Circus is magie. Altijd al geweest voor mij. Van kleine uk die met open mond naar de goochelaar keek of met een bang hartje en een stijve nek de halsbrekende toeren van de trapezewerkers volgde tot de rijpe (jaja) vrouw die even gepassioneerd de escapades van Franco Dragone met schitteroogjes bekijkt. En ja, ook de wilde dieren waren deel van de magie: die exotische beesten die de troms van het verre Afrika of de uitgestrektheid van een steppe heel ver weg opriepen.
Maar kleine kindjes worden groot. En zien dat die olifant er van dichtbij toch wel erg gehavend uitziet, dat die leeuw steeds hetzelfde rondje draait in zijn piepkleine kooi en dat die bruine beer voortdurend zwaait van links naar rechts. Neen, wilde dieren horen niet thuis in circussenhokken, maar in de open lucht waar ze zich kunnen uitleven en gelukkig zijn; dat is iets heel anders dan afstomping, verveling en stereotiep gedrag.
Door de wet van 2005 gelden voor wilde circusdieren dezelfde minimumnormen als voor hun soortgenoten in dierentuinen (voldoende ruimte, geen ketens, …). Ook voor gedomesticeerde circusdieren kwam er een strikte reglementering. Maar wetten stemmen is één ding, ze laten toepassen is nog een ander paar mouwen. Nog dit jaar werden ernstige inbreuken op de wet vastgesteld door de inspectiediensten: geen wettelijk verplichte buitenverblijven voor de leeuwen, lama’s, kamelen, buffels, paarden en pony’s. Binnenverblijven (veel) te klein. Als klap op de vuurpijl vond in Halle de eigenaar van de standplaats een dood veulen dat Cirque de Paris daar gewoon had achtergelaten.
Neen, dit heeft niets meer met het échte circus te maken, maar met platte commercie, onverschilligheid en totaal gebrek aan respect voor andere levende wezens dan de mens zelf. Geef ons het echte circus terug waar we opnieuw worden meegesleept, worden ontroerd, aan het lachen worden gebracht of in spanning worden gehouden. Dát is de echte magie.”