>> Recensie geschreven n.a.v. de workshop circuskritiek georganiseerd door Circuscentrum in oktober en november 2015
>> Auteur: Hendrik Van Maele
>> Voor overname artikel: contacteer maarten[at]circuscentrum.be
Cie XY gaat met Il n’est pas encore minuit nog een stap verder. Aan het 17-tallige collectief zijn 5 nieuwe performers toegevoegd. Het collectief brengt deze keer een ode aan de groep en het lichaam. De verbazingwekkende techniek is ondertussen al een vaste waarde bij XY. De lichamen die zich doorheen de voorstelling onder, tussen, over elkaar heen worstelen, is wat de voorstelling zo uniek maakt. Er is geen uitgespeeld verhaal, eerder een groep die zich blootstelt en het publiek laat binnenkijken.
De eerste scène bevestigt dat het niet makkelijk is om in zo’n grote groep te werken. Een voor een betreden de performers het speelvlak en transformeert de groep in een bende hooligans die het niet met elkaar kunnen vinden. Dit creëert een onvoorspelbare spanning die de hele tijd aanwezig blijft, elk moment kan er iemand losbarsten en de hele groep dominogewijs meenemen. Elke speler draagt een verantwoordelijkheid tegenover de groep. Dit geldt voor zowel het technische aspect, waar ze bijna de rol van een vangnet voor elkaar spelen, als voor de groepsdynamiek. De scène waarin iemand begint te lachen en uiteindelijk de hele groep daarin volgt, is een mooi voorbeeld van de impact die ze op elkaar hebben. Ook al lijkt de glimlach geforceerd, het idee kadert op een mooie manier het doel van de voorstelling.
De groep zoekt de grenzen op van wat de artiesten kunnen en vooral het vertrouwen dat ze hebben in elkaar. Het technisch niveau ligt zo hoog dat de kans dat er iets mislukt reëler is dan de typische acrobatievoorstelling. Dit geeft niet alleen weer dat niets of niemand perfect is, maar ook de uitdaging die de individuen elke keer moeten doorstaan. Hier speelt de verantwoordelijkheid weer een grote rol. Het is niet alleen de persoon die de truc uitvoert die gefocust moet zijn; de personen die het vangnet spelen moeten eveneens klaar zijn om in te grijpen als er iets mislukt. Het lichaam wordt als het ware belangrijker dan het individu. De scène waarin alle acrobaten in een klomp de grond in smelten is hier een mooi voorbeeld van. Ze zijn één met elkaar.
De voorstelling eindigt met een verklaring voor wat ze doen. Cultuur is een recht, geen plicht, en samen gaan we verder. Een mooi besluit dat past bij de voorstelling. XY weet weer te verbazen en de poëzie van het lichaam naar voren te brengen. In dit geval spreken de lichamen voor zich en het ontbreken van een verhalende lijn stoort niet. Acrobatie in zijn puurste vorm.