>> Dit artikel verscheen in CircusMagazine #39 (juni 2014). Voor overname: contacteer maarten[at]circuscentrum.be.
>> Auteur: Bauke Lievens
Over een paar maanden wordt de Gentse binnenstad naar jaarlijkse gewoonte opnieuw the place to be, met veel vertier, bier, theater, circus en dansen tot in de late uurtjes. Traditiegetrouw bezet de Gentse vzw cirQ het parkje aan de Willem De Beersteeg, waar de Famile Van den Berghe u dit jaar zal ontvangen. Maar er is meer. cirQ timmert ook aan een circusvoorstelling met Circus Bavaria, een kleinschalig Vlaams nomadisch circus onder Nederlandse directie. Tijdens de Gentse Feesten kunt u op de DOK-site ‘cirQ Batavaria’, het resultaat van deze mix, aanschouwen. Hoog tijd voor een gesprek met Xavier Cloet (vzw cirQ) en Bart De Vrind (Circus Bavaria).
Hoe is cirQ terechtgekomen bij Circus Bavaria?
Xavier Cloet: “Wij zijn met 25 mensen van cirQ gaan kijken toen Circus Bavaria vorig jaar in Oostakker stond. We wilden wel eens met een echt circus werken. Veel circussen zijn niet meer echt, maar afgestudeerd. Circus Bavaria niet, zij blijven gewoon gaan. Na de eerste gesprekken hebben we met cirQ een subsidiedossier geschreven. Allez, wij hebben dat niet zelf gedaan. Wij zijn geen schrijvers, wij zijn doeners. Dus hebben we aan iemand gevraagd om ons te helpen met het vakjargon. Voor ons is het de eerste keer dat we met subsidies werken. Net zoals voor Bart.”
Dus jullie vinden elkaar wel een beetje in die mentaliteit van ‘doen’.
Xavier: “Goh, mentaliteit … We kunnen gewoon niet anders. Het is ook heel moeilijk om door te breken in het gesubsidieerde bastion. Ik kan me geen enkel nomadisch circus voorstellen dat zou kunnen voldoen aan de eisen van dat subsidiedossier. Dat is spijtig. Vandaar dat we vonden dat we hiervoor moesten gaan.”
Bart, was het voor jullie vreemd dat cirQ met die vraag om samenwerking kwam?
Bart De Vrind: “Ja, toch wel. Het is de eerste keer dat er een dergelijk initiatief uit onverwachte hoek komt. Maar wij wilden sowieso eens iets anders. Het gewone huis-tuin-en-keukencircus is soms toch een heel flauwe zaak. Er wordt dus een nieuwe richting aangeboord en daar hadden wij wel oren naar. Naarmate de dingen vorderen, voel je wel dat het twee aparte werelden zijn.”
Wat zijn dan de grootste verschillen die je voelt?
Bart: “De onderkenning van onze eigen vorm, eigenlijk. Hoe wij leven en moeten overleven. cirQ is een vzw, met naar het schijnt allemaal amateurs. Wij zijn beroepsartiesten. Zij komen met allerlei dingen waar wij soms vragen bij hebben. Zo willen ze dat we de wagens gaan plaatsen volgens een door hen vooraf bedacht idee, terwijl ik dat al 1500 keer gedaan heb. Binnen een kwartier staan onze 30 wagens op hun plek, ’s morgens om 8 uur begin je te bouwen, ’s namiddags speel je een voorstelling en ’s avonds ben je weer weg. En dat deden we zes keer per week, sinds 1964. Dus ja, dan krijg je wel eens het idee: over wat zijn jullie eigenlijk bezig? Zij willen ook steeds repeteren. Wanneer wij een show maken zoek ik artiesten uit, bekijken we op voorhand de overgangen en dan spelen we de eerste keer wanneer er publiek zit. Natuurlijk zijn er wel een aantal richtlijnen. Zo plaats je na een spannend nummer een iets rustiger nummer, of moet je de vrouwelijke artiesten evenredig proberen verdelen over de ganse show. Je moet een goeie mix proberen maken.”
Wat is voor cirQ het grote verschil in deze samenwerking?
Xavier: “Met mensen werken die effectief moeten overleven. En inderdaad, wat zij doen kent een lange traditie die je niet zomaar kunt veranderen. Het is niet makkelijk om in dat bestaande stramien te werken, want wij wilden toch een concept dat alles samenhoudt. Dat concept ontstond uit de vraag hoe we aan Circus Bavaria een andere schwung kunnen geven zodat het interessant wordt, een ander publiek aanboort en herontdekt wordt door het oude publiek. Zo zijn we op het idee van een trilogie gekomen, waarvan we deze zomer het eerste deel tonen: het circus dat de stad binnenrijdt. Wat we zien is de opbouw van het circus, tot net voor de voorstelling. Het volgende deel van de trilogie is de show zelf en het laatste deel is dan misschien het einde van het circus wegens storm, sterfgeval, brand of overname door een heel groot circus. Zo willen we elke twee jaar een voorstelling maken. Maar toen we in de caravan bij Bart kwamen met het eerste ontwerp was het toch even stil. Hij stond op en zei: “Ik ga even koffie halen. En mijn zoon, Sergio.” Toen hadden we toch wel schrik dat het allemaal wat te conceptueel was (lacht). Maar met cirQ zijn wij eigenlijk ook echte overlevers. In dat licht sluiten we wel nauw aan bij de realiteit van de nomadische circussen.”
Vandaar ook de naam cirQ?
Xavier: “In het West-Vlaams zegt men ’t is wère e sierk. Dat klinkt voor mij enkel positief. Het is iets compleet anders. Een bont, onverwacht allegaartje aan zottigheid.”
Wat spreekt er jullie aan in het circus en specifiek bij Circus Bavaria?
Xavier: “De opbouw van de tent, het nomadische, de overlevingsdrang en binnen die realiteit de passie blijven houden voor wat je doet. Daarom dat we vinden dat Circus Bavaria ook moet blijven bestaan.”
Dus het gaat voor jullie niet zozeer om wat er eigenlijk gebeurt in een circusvoorstelling, maar eerder over het soort leven er rond?
Xavier: “Ja. Maar zeker ook om de sociaal-maatschappelijke noodzaak die aan de basis ligt van het circus, dat een oplossing was voor ‘zwakkere’ en ‘andere’ mensen in de samenleving. Zij vonden in het circus een bestaansreden en een nuttige rol. Hoe kun je in onze maatschappij met ‘andere’ mensen toch je goesting doen en overleven? ‘Bataclan’(2006), onze eerste bekende voorstelling, vertrok vanuit datzelfde idee: hoe kunnen we geld uit de mensen hun zakken halen door toffe, zotte dingen te doen met mensen die geen acteurs of dagdagelijkse performers zijn? Ondertussen zijn er wel meer opgeleide acteurs bij cirQ, maar die komen nog steeds niet om te doen wat ze gewoonlijk doen. Vroeger repeteerden wij ook nooit voor onze voorstellingen omdat de repetitie vaak de spontaniteit van het spelen vermoordde.”
Is dat laatste iets wat je herkent, Bart?
Bart: “Nou, een artiest die een bepaald kunstje wil doen, moet daar voor oefenen. Maar meestal alleen of met zijn partner, ja.”
Xavier: “Dat is kunst.”
Is dat niet eerder ambacht?
Bart: “Ja, ok. Maar ik vergelijk circusmensen altijd met boeren en vissers. Dat zijn ook mensen die hun eigen territorium scheppen en die schijt hebben aan alles.”
Xavier: “Daarin komen we opnieuw overeen.” (lacht)
Kan Circus Bavaria zijn authenticiteit bewaren in het meer conceptuele denken van cirQ?
Bart: “Het is natuurlijk iets anders, maar het circus heeft altijd gezocht naar nieuwe dingen: ballet, vreemde dieren, cinema, BMX’en, rollerskaten, … Het circus verandert ook nog steeds.”
Xavier: “Het is niet simpel om van alle tradities van Circus Bavaria iets ‘anders’ te maken. Daarom werken we met Pieter Post, een regisseur uit Amsterdam. Hij verzamelt het materiaal en brengt alles samen tot een geheel. Hij heeft ook een goed oog voor welke karaktereigenschappen van de acteurs en circusartiesten we kunnen theatraliseren. De acteurs die meedoen in ‘cirQ Batavaria’ zijn namelijk getypecast, ze spelen een uitvergroting van wie ze zijn. De mensen van Circus Bavaria krijgen op vergelijkbare manier niet echt een rol opgeplakt, maar eerder een functie toebedeeld. Daarnaast zijn er ook een aantal ‘peters’ die fungeren als coaches, vanuit hun eigen professionele knowhow. Dat zijn Geert Vermeulen (De Nieuwe Snaar), Gili, Harrie Verkerk en Gerard Olthaar (De Stijle, Want). Allemaal leunen zij op de een of andere manier nauw aan bij circus en bij de absurditeit die kenmerkend is voor cirQ.”
Wat is voor jullie de grootste uitdaging in deze samenwerking?
Xavier:” Samen een onderzoek starten naar hoe circus terug een breder publiek kan aanspreken. Hoe kunnen we de concurrentie aangaan met andere vormen van hedendaagse cultuur zoals YouTube en zo? Hoe kunnen we de authenticiteit opnieuw aantrekkelijk maken zonder te vervallen in saaie, feeërieke poëzie?”
Het circus beleeft nochtans een boom.
Xavier: “Het nomadische circus beleeft geen boom, zij zijn niet mee op die trein gesprongen en het Circusdecreet heeft voor hen ook niets veranderd. Zij durven het misschien ook niet aan om eens iets anders te proberen.”
De overtuiging leeft dat de artistieke kwaliteit van dergelijke circussen niet voldoende is omdat er gecreëerd wordt met economische criteria in het achterhoofd.
Xavier: “Inderdaad. Terwijl zij wel veel authenticiteit en knowhow hebben. Het overleven maakt ook creatief. Ik heb nu vijf verschillende shows gezien van Circus Bavaria en kan daar ongelofelijk van genieten. De artiesten zijn wie ze zijn, ze spelen niet. Je ziet de passie en de noodzaak van die mensen.”
Dus voor jou ligt de artistieke kracht van een dergelijk circus in het feit dat je de artistieke noodzaak van deze mensen onbemiddeld en direct voelt in de piste?
Xavier: “Ja, inderdaad. Bij cirQ zijn we visueel poëtisch aangelegd en die poëzie vind je veel meer terug in de authenticiteit van deze mensen dan in de voorstellingen van hun circus. Hedendaags circus hangt eigenlijk heel erg vast aan kunstjes en plakt dan een soort van foute poëzie op die techniek. Dat is hetzelfde onderscheid tussen een acteur die doet alsof en een acteur die op scène laat zien wie hij is.”
Info
18 tot 27 juli, DOK Gent
22 tot 24 augustus: Cirk Aalst