>> Dit artikel verscheen in CircusMagazine #36 (september 2013). Voor overname: contacteer maarten[at]circuscentrum.be.
>> Auteur: Rika Taeymans
Misschien heb je ze al in actie gezien, de honderden kleuters die elk weekend de Vlaamse circusateliers binnenstormen aan de hand van een ouder. Trots klimmen ze op mama’s schouders, gierend draaien ze salto’s rond papa’s handen. En geconcentreerd oefenen ze op kracht, evenwicht en samenwerking in fantasiespelletjes. Mooier dan dit wordt circuspedagogie niet.
20 kaarsjes en een boek
De les circomotoriek blaast dit jaar in de Leuvense circusschool maar liefst 20kaarsjes uit. In de jaren 1980 begon ik met deze mix van acrobatie en bewegingspedagogie en ontstond de term circomotoriek. Na al die jaren goot ik, samen met Laura van Bouchout, mijn ervaringen in een eerste acrobatieboekje voor kleuters.Nelsons acrobatenboek bundelt 24 acrobatische spelletjes in gezinsverpakking. Van eenvoudige oefenspelletjes tot echte kunstjes. Van simpel naar spectaculair, maar altijd veilig en voor iedereen haalbaar. In ons drukke leven komt het er niet altijd van om fysiek met onze kinderen te spelen. Lichamelijk contact is voor hen nochtans even belangrijk als de lucht die ze inademen. Samen spelen doet wonderen voor de ontwikkeling van kinderen en voor de relatie met hun ouders. Nelsons acrobatenboek wil een handvat zijn om de ouder-kind band te verdiepen via motorisch uitdagende spelletjes.
Eerst spelletjes, dan kunstjes
De acrobatie in het boek komt rechtstreeks uit het circus, de oefenspelletjes uit de bewegingspedagogiek van Veronica Sherborne. Toen ik in 1982 als vrije student movement education studeerde bij Sherborne in Engeland had ik nooit gedacht dat haar werk zo een invloed op mijn persoonlijk en professioneel leven zou hebben. Ik bracht haar filosofie en werkwijze mee naar België en ben er na al die tijd nog even enthousiast en opgetogen over. Even later leerde ik in Londen de pedagogische krachten van het circus kennen. De combinatie van beide passies leidde tot de les circomotoriek. Via de motorische spelletjes worden daarin op een speelse manier vaardigheden aangeleerd die nodig zijn om de acrobatische trucjes veilig en zonder angst uit te voeren. Naast fysieke vaardigheden en lichaamsbewustzijn geven de oefeningen ook handvatten om ook emotioneel sterker te worden door middel van relatiespelletjes.
Een kind heeft het nodig om zich bewust te worden van het eigen lichaam, van hoe sterk het is en wat het kan. Op die manier leert het zichzelf te vertrouwen en in te schatten wat het wel en niet kan. Een kind kan zich pas goed in zijn vel voelen als hij zijn eigen lichaam kent. Wanneer een kind een belangrijke motorische stap zet, maakt hij ook mentaal een nieuwe sprong en verandert er iets fundamenteel in zijn belevingswereld. Een kleuter die bijvoorbeeld na veel oefenen zijn angst overwint om op papa’s schouders te staan, zal dat echt als een overwinning beleven.
Spieren groeien van trots
Relatiespelletjes zijn leuk en leerzaam. Kinderen oefenen er op een speelse manier verschillende relatievormen mee. Ze leren op te komen voor zichzelf, voor iemand te zorgen en met een ander samen te werken. Als ouder schep je door positieve aanmoediging een klimaat van geborgenheid en veiligheid waarin je kind zelfstandig kan exploreren en leren. Door in vertrouwde kring spelenderwijs met relaties om te gaan, zal het kleuters daarna ook makkelijker lukken in de buitenwereld. Bewustwording en relaties als basis, maar het hoofddoel is vooral het plezier om samen te bewegen, het uitvinden van knettergekke piramides en het durven tonen van de kunstjes aan oma .
Kinderrechtencommissaris Peter Adriaenssens benadrukt al lang het belang van het stimuleren van beweging en verbeelding bij kinderen. In zijn voorwoord noemt hij Nelsons acrobatenboek een kick voor je kind: “Kleuters genieten van iedere positieve duw van hun ouders. In dit boek worden ze tegelijkertijd mentaal gestimuleerd – waardoor ze nog meer zin krijgen om iets nieuws te leren – en fysiek. Ze voelen hun gewrichten soepel bewegen in hun lichaam en hun spieren groeien van trots.”