>> Dit artikel verscheen in CircusMagazine #36 (september 2013). Voor overname: contacteer maarten[at]circuscentrum.be.
>> Auteur: Liv Laveyne
Waarom circus? Omdat het raakt…
>> Omdat circus raakt aan verleden en toekomst. Waar elders word je het ene moment geraakt door de kinderlijke nostalgie van de kleurige tent op het anders zo grauwe dorpsplein, door de patine op de houten woonwagens en de dito patine op de verhalen van oude artiesten, om dan weer tot het volle besef te komen dat het stof van het verleden nooit zijn kans schoon zal zien te blijven rusten omdat de decennialange traditie van vader op zoon, van moeder op dochter wordt doorgegeven, dat niet alleen het aloude vuur brandende wordt gehouden maar ook tegen het spotlicht van vandaag gehouden, een helbrandende spot waarin tradities zelfs robotarmen en pixels ontmoeten?
>> Omdat circus raakt aan de grenzen van disciplines. Zichzelf niet opsluit in zijn eigen vakje en vak maar zoekt naar de raakvlakken met theater, dans, performance, muziek en beeldende kunst en zichzelf uitdaagt in die artistieke zoektocht. In de beste gevallen is circus geen optelsom van disciplines maar een waarachtige transdisciplinaire hybride vorm.
>> Omdat circus raakt tot ver over land- of taalbarrières heen. Niet alleen omdat voor het publiek de emotionele buikbeleving groter is dan het verbaal intellectuele dat ons zo vaak verengt en verdeelt, maar omdat circus van in zijn ontstaan internationaal is. Artiesten van overal ontmoeten elkaar. Ze hebben geen woorden nodig om elkaar te verstaan. In een acrobatische handgreep, de fysieke humor van een te grote schoen, de balans van de bascule vinden ze elkaar. Tot zwerven gedoemd is de piste of scène hun eerste thuis. Hun tweede de hotelkamer of woonwagen.
>> Omdat circus raakt aan de fysieke grenzen van het menselijk kunnen. Jongleren met twee ballen, met drie, met vijf, geblinddoekt, zijdelings achter de rug, één salto, twee salto’s, het lijf uitrekken, versterken, pijnigen. Dag in dag uit, soms jarenlang dezelfde truc oefenen, het ambacht verfijnen, schaven en zagen, laten evolueren, doen transformeren. Tot bloedens en breuken toe. Een levenswerk maken van iets wat het bovenmenselijke aanraakt.
>> En dat daarbij ook raakt aan de mentale grenzen van het kunnen.
>> Omdat circus raakt aan het diepste wezen van mens zijn. Het is vallen en opstaan. En weer doorgaan. Telkens weer opnieuw. Nergens elders vindt het leven zo wezenlijk zijn weerklank als in het circus. Springen is vallen met lef.
>> Omdat het niet altijd raak is. En gelukkig maar, want in het falen ligt de kracht van het circus.
>> Omdat circus een publiek raakt daar waar het ertoe doet. In het hier en nu. Afstand nemen kan niet. Het gevaar is reëel. Raakt het mes hem? Overleeft ze heelhuids die trapezestunt? Kan hij nog een matras hoger overbruggen? Op het raakvlak van die ene nanoseconde tussen mislukking en geluk(t) staat hart stil en stokt de adem. We kijken samen de dood in de ogen. Veiligheidsriem of niet.
>> Omdat circus ons raakt tot in onze diepste vezels. Verwondering, ontroering, een lach, een traan, het verlangen: mits goed zoeken raken deze emoties in elke kunstdiscipline, maar wat het circus aan toegevoegde waarde heeft, is het gevaar, die kans op mislukken. Omdat het circus daar niet raakt aan kunst maar aan sport. Met het voltallige publiek als spionkop.
>> Omdat écht geraakt worden een zeldzaam en te koesteren goed is.
>> Liv Laveyne is journalist en programmator