>> Dit artikel verscheen in CircusMagazine #33 (december 2012). Voor overname artikel: contacteer maarten[at]circuscentrum.be.
>> Auteur: Koen Allary
Ik maak het mee, te veel werk, te veel op pad, te veel niet in mijn eigen bed slapen (voor het werk weliswaar), mijn vrouw die ‘Dag vreemde man’ van Ann Christy afspeelt als ik thuis kom en dan slaat opeens de vermoeidheid toe met de bijhorende vraag “Waarom zijn we hier?”.
Het Circuscentrum is volop bezig met de voorbereiding van zijn beleidsnota 2014-2018 en dat brengt nogal wat extra werk mee voor het hele team. Op 1 april 2013 moet de nieuwe beleidsnota voor vijf jaren er liggen en Circuscentrum wil dat die gedragen wordt door het volledige veld. Daarvoor organiseerden we drie stakeholdervergaderingen. Oprecht dank aan de aanwezigen voor hun inbreng. Het gaf ons energie om te voelen hoe circus ons bindt en generaties overschrijdt.
En dan moest ik voor het Circuscentrum nog gaan spreken in Parijs op Les Rencontres, een Europees netwerk van afgevaardigden van culturele zaken. De aanwezigen hadden al een dag lezingen achter de rug en de eerste lezing over circus was nu niet direct de meest swingende. Een oudere gezette man met een wat rode kop viel naast de spreker in slaap. Dat beloofde voor mijn lezing, maar ik ben er toch in geslaagd hun aandacht te trekken toen ik – met de nodige kwinkslagen – de situatie in Vlaanderen schetste.
Ik ben er ook echt fier op: de circusateliers groeien en bloeien, er zijn meer en meer Vlaamse studenten aan circushogescholen, er wordt meer en meer interessant werk gecreëerd, de interesse voor circus stijgt bij organisatoren en publiek, … Op het eerste gezicht een succesverhaal, maar het gebrek aan middelen baart me zorgen. Circus wordt nog altijd, onterecht, niet erkend zoals de andere kunsten. Gelukkig leeft er een gezamenlijke liefde – ook bij het beleid – voor circus, maar hoe lang is dit nog vol te houden zonder een deftige financiering?
Leeg maar tevreden ging ik na de sessie circus met de groep vlug iets eten. Dezelfde oudere man zat voor me en zei tegen me dat het precies beter was om naar het circus te gaan dan naar de psychiater. Mooie uitspraak, toch?
En die uitspraak werd dezelfde avond nog waarheid. Na het binnenschrokken van een pizza gingen we in groep naar ‘De nos jours (notes on the circus)’ van Ivan Mosjoukine kijken. Een geschifte voorstelling van vier jonge artiesten, ze waren laureaat van de laatste editie van Jeunes Talents Cirque Europe. Met een zeventigtal korte nummers, plankgas rechtdoor, vol humor en met een hoog circusniveau bewijzen ze de kracht van circus en eren ze ook de wortels ervan. De voorstelling is opgebouwd zoals een klassiek cabaret met nummers, dezelfde artieste is verschillende malen een grappige verbinding tussen nummers door en het circustechnische niveau is hoog.
Ik merkte bij mezelf dat ik genoten had samen met de uitverkochte zaal, dat ik ‘verlicht’ was, dat ik terug energie had en dat ik het terug allemaal beter zag zitten. Enkel en alleen door circus. Een bezoek aan de psychiater is dus weer wat uitgesteld.