>> Dit artikel verscheen in CircusMagazine #33 (december 2012). Voor overname artikel: contacteer maarten[at]circuscentrum.be.
>> Auteur: Gwendolien Sabbe
Karel Casier is na een soloshow ‘Acropole’ en een familievoorstelling ‘Circus Hoetchatchov’ druk bezig met zijn nieuwe missie: ‘RedTheCat’. De kat in kwestie is een pluchen geval, parmantig miauwend op het hoogste punt van een stelling. De attributen van onze held: brandweerhelm, rode driewieler, luidspreker met irritante sirene en een berg gecamoufleerde kartonnen dozen om zijn halsbrekende slapstickcapriolen op te vangen.
Vergeef ons dat we clichématig de vergelijking maken met Superman als we hem op een maandagmorgen aantreffen in een Brugs koffiehuis, verkleed als Jan Modaal met bril en verlegen blik, op doorreis naar vrouw en kind in Amersfoort.
Zijn verhaal leest ook als een ietwat verwarrende strip, waar hij bij momenten zelf kop noch staart aan krijgt. Maar het begon alvast met een eenwieler. “Als kind zag ik een straatartiest tijdens de Sint-Kruisfeesten met een eenwieler. Dat wou ik ook. Ik kreeg er een cadeau van mijn vader, leerde er op fietsen, meer kon ik er niet op. Na twee jaar stond hij in de weg. Ik wou hem verkopen aan de circusschool in Brugge. Daar trof ik Kristof Gouwy (Circus Hoechacha, red.) en Bram Dobbelaere (Cie Pol & Freddy, Cie Ea Eo, red.). Of ik niet beter lessen bij hen zou volgen.” Na jaren hard trainen veroverde hij een plek aan de felbegeerde ESAC (Ecole Supérieure des Arts du Cirque, Brussel), die hij na een jaar vaarwel zei. “Ik had veel last van blessures, het trainingsschema was strak, de euforie van ‘de megatruuk’ lag me niet. Ik blokkeerde. Achteraf gezien had ik toch beter ingegaan op het voorstel van de directeur om een aangepast parcours te volgen. Maar toen was ik nogal ‘alles of niets’ ingesteld.”
Casier besloot het ‘echte’ leven in te duiken. Hij reed rond met een taxi, een vrachtwagen en volgde uiteindelijk een opleiding automechanica. “Waardoor ik tijd over had. Dus dan meer weer de Chinese paal op, trainen, om me bezig te houden. Zo is ‘Acropole’ ontstaan, een korte buitenvoorstelling rond een klungelige matroos. Kristof Gouwy vroeg me om samen een paar dingetjes te doen op Ketnet Cool. Dat marcheerde wel op scène. We besloten iets te maken voor kleuters. ‘Circus Hoetchatchov’ was een schot in de roos. We hebben drie jaar echt veel gespeeld, erg fijn.”
Na een nomadentocht langs kraakpanden en loodsen in Gent en Antwerpen kocht Casier een lap bos met een oud huisje op een steenworp van Bobbejaanland. “Ik had een plek nodig waar ik kon werken aan een voorstelling, lassen aan mijn decor, constructies maken en ze laten staan. Een ideale plek dus om te experimenteren met stunts, slapstick. Iets wat me altijd al meer geboeid heeft dan pure circustrucs. ‘RedTheCat’ is organisch gegroeid. Ik had geen helder idee of lijn waar ik naartoe wou. Ik had enkel twee YouTube-filmpjes als inspiratiebron: de acrobaat Larry Griswold met een geniale duikplankact opgenomen tijdens de Frank Sinatra Show in de jaren vijftig, en Charlie Chaplin die in de machine draait in zijn film ‘Modern Times’. Vandaar dat ik het ook moeilijk vind om een subsidiedossier te schrijven. Al die vragen waar ik in de beginfase geen antwoord op heb.”
“Het ultieme voor mij is dat je met simpele slapstick en stunts een verhaal kan vertellen. Niet makkelijk, ook omdat ik niemand ken die er op zo’n manier mee bezig is. Ik kan het bij niemand leren, met niemand dingen delen. Het lijkt wel alsof het een metier is van de jaren stilletjes, dat nu verdwenen is. Stuntscholen zijn ver weg, tijdrovend en erg duur. Nu, het komt er op aan om ‘RedTheCat’ bij te schaven. Ik wil er nog een paar extra acrobatische circuselementen in verweven, naast de acrobatie die al in de slapstickstunts zit. Mijn focus ligt nu bij het verder verfijnen van het stuntelen.”